De experts van Kiwa KOAC beschikken over een schat aan ervaring op het gebied van civieltechnisch onderzoek van verhardingsconstructies, zowel met onderhouds- als met reconstructieadvies. Ook begeleidt en verricht Kiwa KOAC onderzoeken in het kader van CROW-publicatie 210 ‘Richtlijn omgaan met teerhoudend asfalt’. Omdat deze onderzoeken nauw met elkaar zijn verbonden, is het meestal efficiënter ze te combineren.
Zorgplicht
Om acceptatie van de materialen mogelijk te maken heeft de ontvanger inzicht in de kwaliteit nodig. Ook om de vrijkomende materialen te mogen transporten is een milieuhygiënisch onderzoek nodig. Er wordt hiermee bovendien voldaan aan de zorgplicht die een wegbeheerder heeft.
Bemonstering
Tijdens de bemonstering van het asfalt worden de boringen bijvoorbeeld doorgezet tot 1,0 m - bovenkant verharding. Deze boringen worden gebruikt voor het civieltechnisch en milieuhygiënisch onderzoek. Hierbij worden de aangetroffen materialen bemonsterd en beschreven en wordt de laagdikte van de aangetroffen materialen bepaald.
Onderzoek
Vaak is tijdens het onderzoek nog niet bekend wat er met de funderingen en de ondergrond dient te gebeuren. Daarnaast maakt de aanwezigheid van een gesloten verharding een bemonstering conform het Besluit bodemkwaliteit praktisch zeer bewerkelijk en kostbaar. Daarom voert Kiwa KOAC vaak indicatieve milieuhygiënisch verhardingsonderzoeken uit. Hierbij wordt het asfalt wel formeel onderzocht conform CROW-publicatie 210, maar heeft het funderings- en ondergrondonderzoek een indicatief karakter. Materialen kunnen op basis van deze onderzoeken eventueel worden afgevoerd.
Analyses
Het asfalt wordt conform CROW-publicatie 210 onder accreditatie door het laboratorium van Kiwa KOAC onderzocht. De bemonsterde funderingsmaterialen worden vervolgens in het laboratorium beoordeeld op soort en ligging, zodat mengmonsters voor milieuhygiënisch onderzoek gemaakt kunnen worden. Dit milieuhygiënisch onderzoek bestaat in eerste instantie uit een samenstellingsonderzoek (PAK(10), minerale olie en PCB) en een uitloogonderzoek (CEN-test inclusief de analyse van negentien parameters). Van asbestverdachte materialen kan worden bepaald of er asbestvezels aanwezig zijn.
Freesplan
Met dit onderzoek wordt de milieuhygiënische kwaliteit van de gehele verhardingsconstructie bepaald. Op deze manier wordt een goed beeld verkregen van de asfaltconstructie en de ligging van de teerhoudende en teervrije asfaltlagen. Gecombineerd met boorprofielen is daarna het opstellen van een freesplan eenvoudig.