Windenergie in Nederland

In de klimaatplannen van de Rijksoverheid staat dat in 2030 minimaal 27 procent van de energie uit duurzame bronnen moet komen en dat onze energievoorziening in 2050 CO₂-vrij is. Windenergie, zowel op land als op zee, speelt een belangrijke rol bij het behalen van deze doelen. Lees hieronder meer over windenergie in Nederland.

Onshore windenergie

Het opwekken van energie met behulp van windmolens op land is een van de goedkoopste manieren om duurzame energie te genereren. Doordat de techniek om met windturbines op land elektriciteit op te wekken voldoende is ontwikkeld om grootschalig in te zetten, is windenergie op land een betrouwbare en efficiënte duurzame energiebron. Bovendien zorgt de aanleg van windparken werkgelegenheid en inkomsten op. Zo wordt er vaak samengewerkt met regionale bouwondernemers en kunnen omwonenden meedelen in de opbrengst. In het Klimaatakkoord wordt er zelfs naar gestreefd dat de helft van de wind- en zonneparken in handen zijn van lokale burgers en bedrijven.

Als het gaat om de opwekking van windenergie op land, heeft de Nederlandse overheid onderstaande doelen gesteld (bron: Rijksoverheid.nl):

  • Windturbines op land moeten in 2020 voor 6.000 megawatt (MW) aan energie kunnen leveren. Volgens het Energieakkoord voor duurzame groei neemt hiervan elke provincie een gedeelte voor haar rekening;
  • Eind 2018 bedroeg het vermogen bruikbare windenergie op land in Nederland 3.382 MW. Een gemiddelde windturbine levert ongeveer 3,5 MW. Dat betekent dat er eind 2018 nog ongeveer 750 windmolens op land bij moesten komen om de doelstellingen voor 2020 te halen;
  • Die doelstellingen worden naar verwachting niet helemaal gehaald omdat windparken op land later klaar zijn dan gepland. Wél groeit volgens de Monitor Wind op Land 2018 de projectcapaciteit van de geplande windparken na 2020 naar ongeveer 7.200 MW;
  • Alle op land opgewerkte windenergie draagt bij aan het doel om in 2030 minimaal 35 TWh duurzame elektriciteit (wind en zon) op land te genereren.

Offshore windenergie

Nederland is bij uitstek een land dat zijn voordeel kan doen met op zee gegenereerde windenergie. Onze Noordzee is namelijk perfect geschikt voor windparken. Het is er relatief ondiep, er heerst een gunstig windklimaat en in de buurt bevinden zich goede havens en grootverbruikers in onder meer de industriële sector. Omdat de kosten van windenergie op zee afgelopen jaren flink zijn gedaald, is op zee opgewekte energie de meest voordelige grootschalige duurzame energiebron.

Als het gaat om op zee opgewekte windenergie heeft de Nederlandse overheid onderstaande doelen geformuleerd (bron: Rijksoverheid.nl):

  • De windturbines in zee leverden in 2019 een totaalvermogen van circa 1 GW. Het is de bedoeling dat dat in 2023 is gegroeid tot minimaal 4,5 GW. Volgens het Energieakkoord voor duurzame groei windenergie op zee dan 3,3 procent van alle Nederlandse energie;
  • Volgens het huidige regeerakkoord en het Klimaatakkoord moet er in 2030 voor circa 11 GW aan windparken op zee staan (goed voor 8,5 procent van alle energie in Nederland en 40 procent van ons huidige elektriciteitsverbruik);

Windparken op zee dragen niet alleen bij aan een duurzame energievoorziening. De aanleg van windparken op zee zorgt ook voor economische kansen. Zo kan de Nederlandse offshore- en windsector hierdoor zijn expertise verder ontwikkelen en zijn internationale positie versterken. Nederlandse bedrijven hebben nu al een kwart van de totale Europese markt voor wind op zee in handen.

Tussen 2020 en 2023 worden er twee windparken aangelegd van elk minimaal 0,7 GW voor de Zeeuwse kust. Daarna staan er drie windparken gepland op 18,5 km uit de kust van Zuid-Holland en Noord-Holland. Tussen 2024 en 2030 volgen dan nog parken ver op zee, voor de Hollandse kust en ten noorden van de Waddeneilanden.